photo banner
D8 (1) - Concentraties & effecten

KBIN - OD Natuur, ILVO, INBO

Concentraties van contaminanten zijn nog steeds te hoog maar dalen voor meerdere stoffen

Bijna alle stoffen waarvoor de goede milieutoestand niet gehaald werd, behoren tot de persistente, bioaccumulerende en toxische stoffen (bv., PCB’s en kwik). Zeker bij toppredatoren, zoals de visdief, worden door ophoping in de voedselketen hoge concentraties aan persistente polluenten gemeten.

Normen zijn nog niet beschikbaar voor alle stoffen en zijn, b.v. voor metalen nog voor verbetering vatbaar. Een herziening van bepaalde milieucriteria zal op regionaal niveau bekeken worden.

xxx
Overzicht van de evaluatie van concentraties aan verontreinigende stoffen voor het BDNZ, kustwateren (1nm), territoriale wateren (tussen 1 en 12nm) en offshore (> 12nm) gebied. grijs: niet beoordeeld (geen norm of onvoldoende data (PCB)), Rood: niet goed, overschrijding van de norm; groen: goed. Met * KRW Prioritaire stoffen, **RBSP: KRW Scheldespecifieke verontreinigende stoffen.

Prioritaire stoffen 

Polycyclische aromatische koolwaterstoffen en tributyltin in water overschrijden de milieukwaliteitsnormen in de Belgische territoriale wateren. Voor tributyltin blijken de jaargemiddelden zelfs de maximaal aanvaardbare concentraties te overschrijden. Er wordt verwacht dat de gehalten aan TBT langzaam zullen dalen.

Concentaties aan hexachloorbenzeen en hexachloorbutadieen in biota zijn beduidend lager dan de norm. De milieukwaliteitsnorm voor kwik in biota wordt overschreden. Deze norm is echter lager dan de achtergrondwaarde zoals bepaald door OSPAR voor vis. Een dalende trend werd waargenomen voor kwik in mosselen op twee locaties.

Vervuilende stoffen in sediment en biota 

Voor PCBs wordt de OSPAR milieukwaliteitsnorm niet gehaald voor 2 van de 7 congeneren: zowel voor CB118 (sediment en biota) als CB101 (biota) wordt de norm overschreden. Voor de meeste congeneren, waaronder de twee problematische, wordt een dalende trend in biota waargenomen. Recent onderzoek toont echter aan dat PCB-concentraties in marien sediment op het BDNZ niet significant gedaald zijn sinds 2005. Over een langere tijdsperiode (1995-2015) is er wel een significante daling waarneembaar in het zuidelijk deel van de Noordzee.

Geen overschrijdingen worden waargenomen voor PAKs in sediment en in mosselen. In mosselen wordt voor benzo(a)pyreen een dalende trend vastgesteld. In de regionale beoordeling voor de zuidelijke Noordzee wordt een dalende trend waargenomen in biota, maar niet in sediment. Voor koper, chroom, lood, zink en kwik in sediment wordt de norm op verschillende locaties overschreden. Voor cadmium wordt de norm op 2 locaties overschreden. Deze benadering stelt een worst case scenario voor. In biota wordt de norm niet overschreden voor lood en cadmium en wordt een dalende trend waargenomen voor lood in mosselen op 2 locaties.

Concentraties aan tributyltin in sediment zijn meestal lager dan de detectielimiet. Hoewel trendanalyse niet mogelijk was, wijzen de resultaten op een verbetering van de toestand. Het ecologisch effect van deze concentraties is nog onbekend door het ontbreken van evaluatiecriteria. Hetzelfde geldt voor de concentraties aan polygebromeerde difenylethers in biota en sediment. Concentraties zijn meestal lager dan de bepalingsgrens.

Concentraties Hg, PCB, DDT, HCB en HCH in vogeleieren 

De concentraties van Hg, PCB, DDT en HCB in visdiefeieren die in 2008, 2010 en 2015 werden verzameld in de kolonie van Zeebrugge waren in alle jaren hoger, en in het geval van PCB veel hoger, dan de vooropgestelde norm. Alleen voor HCH werd de goede milieutoestand behaald.

Effecten van contaminanten verminderen of zijn reeds op een aanvaardbaar niveau

Imposex  

Dalende concentraties werden waargenomen na het verbod op tributyltin in antifoulingverven, waardoor voor tributyltin in biota concentraties lager dan de norm worden bekomen waardoor het niet waarschijnlijk is dat deze aanleiding geven tot een problematisch niveau van imposex bij weekdieren. Op regionaal niveau werd eveneens een duidelijke verbetering waargenomen in de reproductieve toestand van mariene slakken (OSPAR, 2016).

Purperslak Zeebrugge (2014-02-03), © Franky Bauwens
Purperslak Zeebrugge (2014-02-03), © Franky Bauwens

Olievogels 

Langlopende monitoring (1961-2017) toont aan dat de oliebevuilingsgraad bij zeekoet een sterk dalende trend vertoont. In de beginjaren van de monitoring waren vrijwel alle gevonden zeekoeten met olie besmeurd, de laatste jaren was meestal minder dan 50% van de gevonden dieren besmeurd. De milieukwaliteitsnorm werd echter nog niet gehaald.

@ MUMM | BMM
xxx
Veranderingen in de oliebevuilingsgraad (linker Y-as) van zeekoeten gevonden langs de Belgische kust in de periode 1961–2017. De bollen tonen de oliebevuilingsgraad en de dunne grillige lijn toont het verloop van het vijfjarig gemiddelde. Wanneer er minder dan 25 individuen werden gevonden, werd een bol rood gekleurd, anders zwart. De grijze balken tonen het aantal individuen waarop de oliebevuilingsgraad is gebaseerd (rechter Y-as). De dikke zwarte lijn en de bijbehorende gestippelde betrouwbaarheidsintervallen zijn het resultaat van een GLM-regressie. (bron: INBO)

Visziekten 

De visziekte indicator geeft een goede reflectie van algemene stress binnen het ecosysteem onder toenemende druk. De meeste geobserveerde anomalieën zijn gerelateerd aan parasitaire infecties, en qua huidaandoeningen is de problematiek rond zweren het opmerkelijkst. Huidaandoeningen en parasitaire infecties werden opvallender waargenomen tijdens de laatste jaren.

Visziekten
Glugea stephani on Pleuronectes platessa,
© Hans Hillewaert
Visziekten
Stephanostomum baccatum on Limanda limanda,
© Hans Hillewaert

EROD 

Het EROD-activiteitsniveau in schar van het BDNZ is lager dan de door OSPAR opgestelde achtergrondwaarde. Het is bijgevolg heel onwaarschijnlijk dat deze vissen blootgesteld zijn aan contaminantconcentraties die een toxicologische bedreiging vormen.

xxx
EROD activiteit (in pmol/min.mg proteïne) per geslacht (links, met Male: mannelijk en Female: vrouwelijk) en per zone (rechts, met ZB: Zeebrugge en NP: Nieuwpoort) .(bron: ILVO)